Het primaire doel van het docentonderzoek is een antwoord geven op vraagstellingen in de praktijk. Door het onderzoek krijgen docenten meer inzicht in de onderwijscontext en kunnen ze beter handelen in deze context. Het onderzoek is dus in eerste instantie gericht op een verbetering van de eigen onderwijspraktijk (en in mindere mate op theorievorming zoals bij fundamenteel wetenschappelijk onderzoek het geval is).
Daarnaast draagt het uitvoeren van onderzoek bij aan de professionele ontwikkeling van de docent door het stimuleren van een ‘onderzoekende houding’. Dit houdt in dat de docent systematisch reflecteert op het door hem/haar gegeven onderwijs, streeft naar een hogere kwaliteit en gericht is op samenwerking. Daarnaast leert of onderhoudt de docent basisvaardigheden voor het doen van onderzoek.